VELSEN - Vijf antitankmijnen uit de Tweede Wereldoorlog zijn vandaag door de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EODD) in de duinen bij Velsen gecontroleerd tot ontploffing gebracht. Deze explosieven zijn gevonden bij het verwijderen van enkele 'obstakels' uit het strand van Velsen, op het tracé voor twee zeekabels van TenneT. Met deze kabels brengt de netbeheerder vanaf 2026 duurzame stroom van het windpark Hollandse Kust (west Beta) aan land.

Voor een veilige aanleg van de zeekabels zijn in de afgelopen drie weken verschillende obstakels uit het strand van Velsen verwijderd. Met behulp van graafmachines en zogenoemde ontgravingskisten werden putten gegraven van vijf bij vijf meter tot op een diepte van zo'n zeven meter in het strand. In totaal ging het om zeven 'targets'. Deze zijn eerder al gelokaliseerd met de inzet van een drone en radartechnologie tijdens het onderzoek naar niet-gesprongen explosieven (NGE's) uit WOII.

Tetraëders

Al direct bij het eerste 'obstakel' was het raak, zo laat Marvin Asveld weten. Als explosievendeskundige was hij nauw betroken bij het onderzoek en de ontgravingen. "In de eerste put vonden we op een diepte van ongeveer zes meter vijf antitankmijnen. Verder lagen er delen van betonnen versperringen die de Duitsers in de laagwaterlijn plaatsten om landingsvaartuigen tegen te houden. Deze 'tetraëders' bestaan uit zes betonnen balken die samen een piramide vormen."

Onder het zand

Naast scherpe punten (zogenoemde rompensnijders) konden ook granaten en mijnen aan de versperringen worden bevestigd. Asveld: "Vermoedelijk hebben ze deze mijnen na de oorlog van de tetraëders afgehaald en deze op één plek gezamenlijk onder het zand laten verdwijnen. Veel van die versperringen zijn na de oorlog opgeruimd, maar er zijn er ook veel achtergebleven. Bij de overige targets vonden we alleen de betonnen palen, zonder mijnen. Al die obstakels hebben we verwijderd."

Verdachte laag

De vondst van de resten uit de beroemde Atlantikwall kwam voor de onderzoekers niet geheel onverwacht. Zo werden bij eerder onderzoek op het aangrenzende strand van Wijk aan Zee/Heemskerk ook dergelijke vondsten gedaan. Asveld: "In Velsen lag de verdachte laag veel dieper omdat de duinen nadien zijn opgehoogd, waardoor ook het strandniveau twee tot drie meter hoger ligt dan in 1945."

Handmatig vrij leggen

Op een diepte van vijfenhalf tot zes meter zit je ook op het strand onder het grondwaterniveau. Asveld: "Als een object tot op een halve meter na ontgraven is, stelt een duiker vervolgens met detectieapparatuur de exacte locatie vast. Daarna wordt het object handmatig vrij gelegd zonder het te beroeren. Is het een niet-gesprongen explosief, dan lichten we direct de EODD in. In overleg met de dienst zijn de aangetroffen explosieven tijdens de werkzaamheden tijdelijk veiliggesteld. Vandaag vond de overdracht plaats waarna de dienst de mijnen op een veilige plek in de duinen gecontroleerd tot ontploffing heeft gebracht.

Tastbare herinnering

Met het opgraven van de tetraëders is weer een tastbaar deel van het lokale oorlogsverleden aan het licht gekomen. Wat er met deze resten gaat gebeuren, is nog niet bekend. Eerdere vondsten uit het onderzoek voor de windparken Hollandse Kust (noord) en (west Alpha) zijn door vrijwilligers van Rondje Wijk aan Zee opgehaald en gerestaureerd. Die twee tetraëders staan nu opnieuw in het duingebied opgesteld ter herinnering aan de geschiedenis van het kustdorp in oorlogstijd.