CASTRICUM - Recentelijk vierde Menno Twisk zijn vijftigjarige jubileum bij de Castricumse Reddingsbrigade. In al die jaren heeft hij nog steeds de specifieke brigade mentaliteit. Hij hoopt met zijn jarenlange ervaring dan ook nog steeds van waarde te kunnen zijn voor deze Castricumse vrijwilligersorganisatie. Hij voelt zich er in ieder geval prima op zijn plek en hij zet zich maar al te graag in voor de brigade die hem na aan het hart ligt.
Doordat er vroeger bij hem een aantal (oud-)brigadeleden in de straat woonden is Menno lid geworden bij de Castricumse Reddingsbrigade. Piet Veldt introduceerde Menno bij de brigade. Begin jaren zeventig van de vorige eeuw, de periode waarin Menno lid werd bij de Castricumse Reddingsbrigade, waren er nog niet zo veel verenigingen als nu. Destijds kon je bij wijze van spreken alleen kiezen uit voetbal en gymnastiek. En als je dat niet zag zitten kon je bij de brandweer of de reddingsbrigade. Nadat Menno bij zijn introductie een stuk proef had gezwommen in zee kon hij op 13-jarige leeftijd lid worden, waarna hij het opleidingstraject in ging.
Samen met Harrie Hamakers, een andere oudgediende binnen de brigade, trad Menno aan het einde van zijn tienerjaren toe tot het bestuur in de functie van secretaris. Deze functie heeft hij 12 jaar lang bekleedt. Destijds was er al volop discussie over het professionaliseren van de vereniging met betaalde krachten of doorgaan als vrijwilligersorganisatie. Wat Menno betreft is het goed dat het een vrijwillige reddingsbrigade is gebleven zonder betaalde krachten. Dit in combinatie met een jong bestuur zorgt ervoor dat jongeren de kans krijgen om zich te ontwikkelen op allerlei vlakken, waar je later alleen maar profijt van kan hebben als individu en als organisatie.
Sinds 1985 beschikt de Castricumse Reddingsbrigade over een alarmploeg, die, de naam zegt het al, bij alarm ingezet kan worden. Dit alarm kan van alles zijn; een drenkeling, een vermiste surfer, een zoekgeraakt kind etc. Menno heeft er mede toe bijgedragen dat er gewerkt ging worden met deze zogenaamde alarmploeg. Voor de alarmploeg zijn de meest ervaren leden uit Castricum geselecteerd, om de snelheid van optreden zo hoog mogelijk te houden. De alarmploeg is 365 dagen per jaar beschikbaar, zo ook voor hulpverleningen in het kader van rampenbestrijding. Voor deze hulpverleningen staat er dan ook altijd materiaal 'uitruk-gereed'. Na de introductie van de alarmploeg is Menno ook aan de slag gegaan als trainer van de alarmploeg. En na die tijd is hij betrokken geweest bij het opzetten van nazorg binnen de vereniging. Als Menno de huidige tijd vergelijkt met zijn beginperiode bij de Brigade dan ziet hij met name dat de hoeveelheid materieel enorm is toegenomen en ook steeds moderner is geworden. Als je nu ziet dat de Castricumse brigade bijvoorbeeld is uitgerust met diverse boten, een strandvoertuig, mountainbikes en allerlei ander materieel, dan is dat totaal niet te vergelijken met vijftig jaar terug.
Tegenwoordig worden er allerlei activiteiten verricht om fondsen te werven. Menno kan zich nog herinneren dat de jeugdleden in zijn begintijd met collectebussen over het strand gingen om geld in te zamelen. In een later stadium van zijn betrokkenheid bij de brigade heeft hij samen met een aantal andere leden de Stichting SDRB opgezet, waarvan hij ook als secretaris bestuurslid was. De reddingsbrigade drijft op vrijwilligers. De postbezetting, bootbemanning, mensen op het strand, fondsenwerving, opleidingen en preventieve voorlichting: allemaal vrijwilligerswerk. De SDRB is de onafhankelijk fondsenwerver ter ondersteuning van al dit werk. De Stichting SDRB is een kleine, praktische organisatie, gedreven door louter vrijwilligers en kent geen enkele vorm van vergoedingen. De Stichting SDRB ontvangt geen subsidies van de overheid en is daarmee volledig afhankelijk van donaties van particulieren en bedrijven.
De meeste Castricummers en mensen uit de omgeving zullen Menno Twisk met name kennen als eigenaar en beheerder van het strandvondstenmuseum. Hier is Menno dan ook het afgelopen decennium druk mee bezig geweest. Het strandvondstenmuseum is eigenlijk ontstaan als afgeleide van de zorgkwekerij waar Menno eigenaar van was. Een zorgkwekerij biedt kleinschalige dagbesteding voor mensen met (verstandelijke) beperking en aan mensen die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Het strandvondstenmuseum was gevestigd aan de Geversweg in De Zanderij, maar sinds vorig jaar zijn de deuren gesloten. Een groot deel van de collectie van het voormalige museum is nu in bruikleen en te bewonderen in Depot Strandvonderij Castricum in Limmen. Inmiddels geniet Menno van zijn pensioen, maar stilzitten is er niet bij. Naast zijn nauwe samenwerking met het Depot Strandvonderij Castricum geeft hij nog regelmatig gastlessen, presentaties en rondleidingen. Onder andere over Streekhistorische- of erfgoedthema's. Thema's zoals strandjutten en schelpenvisserij zijn de speerpunten, maar ook lezingen over jachthistorie, faunaschade en faunabeheer behoren bijvoorbeeld tot de mogelijkheden. In de huidige coronatijd is het lastig, maar als straks zich weer de gelegenheid voordoet, dan trekt Menno er graag weer op uit om jong en oud het nodige te vertellen over de genoemde thema’s.
De huidige situatie binnen de brigade is wat Menno betreft zeer goed te noemen. Met een goed bestuur, enthousiaste vrijwilligers en veel jeugdleden kan deze club kan nog jaren voort! Inmiddels draagt de 64-jarige Castricummer de titel van erelid en zou hij graag zijn ervaring weer meer in dienst willen stellen van de vereniging. De afgelopen 10 jaar heeft dit op een laag pitje gestaan, maar hij wil zich maar weer al te graag inzetten voor de brigade die hem na aan het hart ligt. Bij de brigadementaliteit, een sociale en familiaire sfeer in een club met mensen waar iedereen welkom is, voelt hij zich prima op zijn plek en wil zich hier dan ook weer meer voor gaan inzetten.