“Je ziet ze vliegen”, zei mijn cursiste, “die bestaan niet, dat weet toch iedereen?”
Nou, ik denk dat ze wel bestaan. Sterker nog, ik heb ze gezien. Ik heb met ze gecommuniceerd; niet alleen praten, ook geluisterd. In meditaties komen er meestal (licht) wezens bij mij. Maar ook als ik even in ruste ben, dus gewoon even zit niets te doen. Dagdromen. Wat goed is, want dan komen er engelen en lichtwezens bij je. Als je druk bezig bent kunnen zij je niet bereiken. Dus er was op een gegeven moment een lichtwezen bij mij en ik vraag altijd: wie ben je? Ik kreeg als antwoord: ”Ik ben van de ruimtewezens en ik wil je graag iets vertellen.”
“Oké, ik luister”, was mijn antwoord.
“Wij zijn van de afdeling ruimtelijk universum. Wij zijn in verschillende vormen te zien. En ja, er zijn ook duistere wezens bij. Zoals er lichtwezens zijn, zo zijn er ook donkere wezens.
Dit Universum, deze aarde, is er voor iedereen om te doen wat hij of zijn wil doen. Een soort kweekvijver voor talenten en mogelijkheden. Alles is in evenwicht. Dus ook de aarde.
De ruimtelijke lichtwezens zijn er als begeleiding op je levenspad. Noem het een bijsturing voor het pad dat je hebt gekozen bij je reïncarnatie. De grote lijnen. Wie in angst leeft trekt donkere wezens aan en ziet enge wezens.
. En ja, de donkere wezens zijn er om je schrik aan te jagen en om je te verleiden om met hen mee te gaan in angst. Want zij leven ín en mét angst. En zij willen jullie hierin meenemen en wij mogen daar niets aan doen omdat jullie een vrije wil hebben.
En wij laten ons ook af en toe zien. Niet altijd zoals we zijn, dat kan niet, want wij hebben geen lichaam. Wij zien er uit zoals jullie denken dat wij er uit zien, zoals jullie ons aankunnen. En met veel Liefde en medeleven. Jullie mogen zelf kiezen wat jullie willen. Maar wij zijn er altijd om jullie het Licht te laten zien. Dit is de reden dat jullie ons soms wel en soms niet zien. Wij, de ruimtewezens van het licht komen altijd in liefde, in “onvoorwaardelijke liefde.”
Als een ruimtewezen ontmoet.
Geef het je warmste glimlach.
En het komt goed.
Truus Quax